Geavanceerde internettoegangspuntinstellingen voor draadloze LAN-netwerken
Selecteer
Menu
>
Instrum.
>
Instell.
>
Verbinding
>
Toegangspunten
.
Nadat u de basisinstellingen voor het internettoegangspunt voor draadloze LAN-netwerken hebt ingesteld, selecteert u
Opties
>
Geavanc. instell.
en definieert u de volgende geavanceerde instellingen:
•
IPv4-instellingen
— Voer het IP-adres en naamserveradres van het apparaat voor het IPv4-internetprotocol in.
•
IPv6-instellingen
— Selecteer of typ de naamserveradressen voor het IPv6-internetprotocol.
•
Ad-hoc kanaal
— Als de geselecteerde netwerkmodus ad hoc is, selecteert u
Dr gebr. gedefinieerd
om handmatig een
kanaalnummer (1-11) in te voeren.
•
Proxy-serveradres
— Voer het adres van de proxyserver in.
•
Proxy-poortnummer
— Voer het poortnummer van de proxyserver in.
De instellingen die gewijzigd kunnen worden, kunnen verschillen. Neem voor meer informatie contact op met uw
serviceprovider.
D r a a d l o o s L A N - n e t w e r k ( W L A N )
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
76
12.